Nederlands English

Ada Breedveld

Ada Breedveld (1944) beschouwt het leven als haar leerschool.

Ze wilde al van jongs af aan kunstenares worden en zat niet op een academie of cursus.
Breedveld heeft zichzelf het vak geleerd en beschouwt het leven als haar school. Van jongs af aan tekende ze wanneer ze kon.
Een kleurrijke verzameling van kunstwerken, waaronder schilderijen, etsen en bronzen beelden. In de jaren zeventig begon Ada Breedveld met exposeren.

Het surrealisme boeide haar, een kunstrichting waarbij niet de zichtbare werkelijkheid, maar de fantasie vanuit ons diepste innerlijk het uitgangspunt voor kunst moet zijn. Gaandeweg vond ze haar eigen typerende stijl en thema: de imposante en aanwezige Vrouw. Die vrouw, kleurrijk, dansend, met glas in de hand en vogeltjes om haar heen in de lucht, is de ultieme levensgenieter. Deze vrouw vormt het centrale punt in veel van haar kunstwerken en het maakt Breedvelds kunst zeer herkenbaar.
Haar kunstwerken laten iets onwerkelijks, een droom zien, vol gevoel en beleving. Zelf zegt zij:

‘Schilderen doe ik al mijn hele leven.De kwast is het verlengstuk van mijn gevoelsleven. Daarmee kan ik mij uitdrukken op de meest optimale manier. Het materiaal geeft mij de uitdaging om zo een wereld te scheppen, die de illusie wekt van een werkelijkheid. Een werkelijkheid die niet echt bestaat, maar wel als zodanig wordt ervaren. Zoals in een droom, het onwerkelijke als werkelijk beleefd wordt.’

Ada wordt ook wel de Botero van de Lage landen genoemd. Beroemd om haar volle dames en heren.
Haar nieuwe werken neigen steeds meer aansluiting te vinden bij een naïeve kunststroming.
Door haar inmiddels uitzonderlijke kennis van materialen hebben haar naïef ogende schilderijen wel na nadere bestudering de vakmanschap van een doorgewinterde fijnschilder. Technisch prachtig geschilderde schilderijen die onschuldig de wereld inkijken.

Door een afgewogen vorm van humor blijven de vrolijke voorstellingen overeind. Het proces van het creëren van een schilderij is iets waar Ada helemaal in opgaat.
Ze schildert dan ook nooit twee doeken tegelijkertijd. Ook staat de uitkomst van het werk niet vast. Van dag tot dag bepaalt zij hoe het werk zich verder ontwikkeld. Daarbij is de aanwezigheid van natuurlijk licht erg belangrijk.
Zomers begint Ada al erg vroeg met schilderen om de hele dag van het licht gebruik te kunnen maken. In de winter maakt zij in de vroege ochtend schetsen of doet zij ander voorbereidend werk. Wanneer haar werk helemaal voltooid is behoeft alleen de titel nog.
Deze zo toepasselijke titel heeft Ada niet van tevoren bedacht, maar valt haar in tijdens het schilderen.

UTRECHT